weer

Bedeutung (Englisch)

Adv

1. again, once more
2. back

Noun

weather

Noun

1. (feminine) defense
2. (feminine) resistance
3. (feminine) seisin

Noun

wether

Noun

1. (neuter, no-diminutive, uncountable) callus
2. (neuter, no-diminutive, uncountable) knot in wood
3. (neuter, no-diminutive, uncountable) foxing (in textiles)

Conj

whether

Noun

man

Verb

1. (first-person, form-of, indicative, present, singular) inflection of weren:
2. (form-of, indicative, present, second-person, singular) inflection of weren:
3. (form-of, imperative) inflection of weren:

weren

• Verb
• Noun

Mehr lesen

Konzepte

Wetter

wieder

🔁

Wehr

Abwehr

Witterung

abermals

Verteidigung

nochmal

noch einmal

erneut

zurück

🔙

abermalig

Interdikt

Verbot

von neuem

wiederholt

schon wieder

Ziegenbock

Wetter -s

neu

🆕

kastrierter

Widder

🐏

Synonyme

opnieuw

🔁

nogmaals

wederom

🔁

weder

alweer

van voren af aan

verdediging

defensie

verweer

afweer

interdict

rechtvaardiging

motivering

wettiging

verbod

hemelvlak

gezicht

her-

nieuw

🆕

oppervlak

poos

stuw

terug

tijd

⌚

weersomstandigheden

re-

terug-

🔙

van het begin af aan

weersgesteldheid

overlaat

Übersetzungen

weather

temps

⌚

tempo

⌚

tiempo

⌚

hava

tempo

⌚

again

🔁

temps

⌚

καιρός

de nouveau

🔁

encore

défense

outra vez

🔁

Ausgesprochen als (IPA)

/ʋeːr/

Etymologie (Englisch)

Geerbt von Mittelniederländisch: wēder

Geerbt von Old Dutch: wither

Geerbt von Old Dutch: *wedar

Geerbt von Mittelniederländisch: wēre

Geerbt von Old Dutch: weri

Geerbt von Old Dutch: withar

Geerbt von Mittelniederländisch: wêer

Geerbt von Old Dutch: *warr

Verwandt mit Altenglisch: wearr

Verwandt mit Englisch: war

Geerbt von Mittelniederländisch: wēer

Geerbt von Old Dutch: *wer-

In summary

Contracted form of weder (“again”), from Middle Dutch wēder, from Old Dutch wither, from Proto-West Germanic *wiþr, from Proto-Germanic *wiþrą (“against”), from Proto-Indo-European *wit(e)rom (“more apart”), from *wí (“separation”).

Sätze

Wij zijn daar nu trouwens weer mee bezig .

Wir arbeiten jetzt wieder daran.

De vakantie was voorbij , de kinderen gingen weer naar school .

Der Urlaub war vorbei, die Kinder gingen wieder zur Schule.

Hier heb ik zelf ook altijd weer op gewezen .

Ich habe selbst immer darauf hingewiesen.

Ik kon vanavond weer aansluiten bij een lange file .

Ich konnte heute Abend wieder einem langen Stau anschließen.

Na een lange droogte viel er weer een bui .

Nach einer langen Dürre fiel eine weitere Dusche.

Ze wou weer de heldin uithangen .

Sie wollte wieder die Heldin spielen.