er

Bedeutung

1. there (unspecific to distance)
2. it; him, her, them

Ausgesprochen als (IPA)

/ɛr/

Etymologie

Weak form of der, the unstressed form of daar ("there")

Sätze

Ze kon zo goed zingen dat ze er haar beroep van maakte .

Sie konnte so gut singen, dass sie ihren Beruf machte.

In het verleden is er nog al eens iets misgegaan op deze afdeling .

In der Vergangenheit ist in dieser Abteilung etwas bereits schief gelaufen.

In dit opzicht acht ik het vooral belangrijk dat er duidelijkheid bestaat .

In dieser Hinsicht halte ich es für besonders wichtig, dass es Klarheit gibt.

Er moet op dit gebied verdere actie worden ondernomen .

In diesem Bereich müssen weitere Maßnahmen ergriffen werden.

Als we dat willen , moeten we er een referendum over houden .

Wenn wir wollen, müssen wir ein Referendum darüber behalten.

Er werden negen resoluties aangenomen .

Es wurden neun Resolutionen angenommen.

Er is veel tijd in de voorbereiding van het jubileum gekropen .

Eine Menge Zeit hat sich in die Vorbereitung des Jubiläums gekrümmt.

Er zat alweer een kreuk in zijn hemd .

In seinem Hemd war noch eine Falte.