wijken

Meaning

wijk

Read more
Concepts

yield
disappear
give way
cede
accommodate
grant
assign
stop
🛑
quit
cease
resign
retrogress
end
🔚
relinquish
conclude
fall back
step back
finish
terminate
flinch
abate
regress
delay
recede

go backward

back up
pull back
push back
push off
put off
quail
recoil
renounce
resist
scarper
set back
shelve
slink
submit
vail
vanish
walk back
waver
waste
abandon

abdicate

adjourn
beat it
decamp
defer
Synonyms

toegeven
B1
afstaan
C2
zwichten
30k

het veld ruimen

aflaten
stoppen
A1
🛑
ophouden
B1
uitscheiden
verdwijnen
B1
verzwinden
zwinden
beëindigen
B2
🔚
besluiten
C1
achteruitgaan
achteruitlopen

’m smeren

abdiceren
opgeven
B1
afmaken
B1
aanhouden
C1
afsluiten
B2
terrein verliezen
terugdeinzen
39k
teruggaan
B2
teruglopen
38k
uitmaken
B2
uitstellen
C1

verdagen

afstand doen

verlopen
B2
verschuiven
C2
voleindigen

afstand doen van

abdiqueren

onderdoen
prijsgeven
27k
afleggen
C1
aftreden
C2
heengaan
C1
in de steek laten
laten varen
neerleggen
C1

opzijgaan

sneuvelen
C2
uitvallen
C2
verlaten
A2
wegvallen
38k

zich onderwerpen

Translations

transigir
alhear
ceder
abdicar
abtreten
teslim etmek
überlassen

submeter-se

weichen
cedere
cedir
nachgeben
ceder
einräumen
zurückweichen
Frequency

C2
Pronounced as (IPA)
/ˈʋɛi̯kə(n)/
Etymology

Inherited from Middle Dutch
wiken
Inherited from Old Dutch
*wīcan
In summary

From Middle Dutch wiken, from Old Dutch *wīcan, from Proto-West Germanic *wīkwan, from Proto-Germanic *wīkwaną.

Related words
buurten straten binnenstad stadsdeel gebieden stadscentrum

Improve your pronunciation

Notes

Sign in to write sticky notes
Dutch