ons

Meaning

Pron

us (objective form of wij or we)

Det

our (neuter singular)

Noun

metric ounce (100 grams)

Pronounced as (IPA)

/ɔns/

Etymology

From Middle Dutch ons, from Old Dutch uns, from Proto-Germanic *uns, *unsiz.

Sentences

Dus daar moeten we ons aan houden .

So that is what we have to abide by.

Dus moeten we ons voorbereiden op de jaren die komen .

So, we need to make preparations for the years to come.

Laat ons dan nu terugkeren tot het verslag .

Let us return to the report itself.

Met andere woorden , hij stemt vóór of na ons .

In other words, it either votes before us or after us.

We moeten onszelf afvragen of het publiek ons nu kan verstaan .

We need to ask ourselves if the public can understand us now.

Hij heeft ons werkelijk veel stof gegeven tot nadenken en concreet handelen .

He really has provided much food for thought and, above all, practical commitment.

Het agentschap helpt ons allemaal om tot een gemeenschappelijk perspectief te komen .

This Agency helps us all to gain a common perspective.

We leggen ons vast op dit bedrag en zullen het zo spoedig mogelijk uitbetalen .

We are also going to commit this sum and to disburse this as soon as possible.