maken
Betekenis (Engels)
- (transitive) to make, create, prepare
- (transitive) to fix, to repair, to mend
- (copulative) to make, cause to become
Synoniemen
fitten
doen ontstaan
gladstrijken
stationeren
weer goed maken
wereldreis
tot gevolg hebben
fabricage
effect sorteren
creëeren
globetrotten
ridiculiseren
te werk gaan
uitknippen
bezig zijn
uitwerking hebben
vervaardiging
weer op de troon brengen
laten doen
zich vergissen
Frequentie
Met koppelteken als
ma‧ken
Uitgesproken als (IPA)
/ˈmaːkə(n)/
Etymologie (Engels)
From Middle Dutch maken, from Old Dutch macon, from Proto-West Germanic *makōn. Doublet of maquilleren.
Markeer dit
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " maken " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .
Ga naar onze Nederlands cursuspagina
Notes
Sign in to write sticky notes
Zinnen
Van sinaasappels kan je sinaasappelsap maken .
You can make orange juice from oranges.
Van appelsienen kan je appelsiensap maken .
You can make orange juice from oranges.
Questions