schakelen

Meaning

1. (transitive) to switch
2. (intransitive) to change gear

Concepts

turn on

switch on

link

🔗

donate

switch

give

clear

confer

connect

couple

👫

emerge

engage

exit

gear

⚙️

go out

grant

impart

leave

ligate

open

open up

pass

provide

quit

revolve

spare

spend

tie

turn

turn around

turn round

unlock

🔓

whirl

accord

yield

administer

afford

alight

allow

bind

Synonyms

inschakelen

aansteken

aandraaien

aandoen

uitstijgen

uittreden

geven

verdrijven

verlenen

aangeven

✋

zich stoten

koppelen

👫

doneren

aanbotsen

aanreiken

opbrengen

doorbrengen

geduwd worden

schenken

toebrengen

uitgaan

toekennen

uitkomen

uitlopen

uitstappen

in een versnelling komen

aaneenschakelen

aansluiten

draaien

keren

omdraaien

ontsluiten

🔓

opendoen

openen

openmaken

ronddraaien

verbinden

wenden

wentelen

zwenken

Pronounced as (IPA)

/ˈsxaːkələ(n)/

Etymology

From schakel + -en.