moeten

Meaning

1. (intransitive) to be necessary, to be required
2. (auxiliary) to have to, must
3. (auxiliary) should, be meant to, be supposed to
4. (intransitive) to have to go, to need to go, must go
5. (informal,intransitive) to need to go to the toilet

Pronounced as (IPA)

/ˈmutə(n)/

Etymology

From Middle Dutch moeten, from Old Dutch muotan, from Proto-West Germanic *mōtan, from Proto-Germanic *mōtaną. Cognate with English mote (“may, might”). Unrelated to -moeten in ontmoeten.

Sentences

Daar moeten we mee beginnen .

That has to be our starting point.

Die moeten we niet op het spel zetten .

We shouldn't put that on the line.

Dus moeten we ons voorbereiden op de jaren die komen .

So, we need to make preparations for the years to come.

We weten dat we realistisch moeten zijn .

We know that we have to be realistic.

We moeten echter wel onder ogen zien wat deze zware metalen eigenlijk zijn .

We certainly must be clearly aware of the significance of these heavy metals.

Ze zouden eens wat meer liedjes moeten draaien op de radio in plaats van altijd die commentaar .

They should play some more songs on the radio instead of always commenting.

Ik vind dat we nog iets meer geld moeten uittrekken voor de promotie .

I think we should allocate a little more money for the promotion.

We moeten dus dit pakket maatregelen goed uitvoeren .

So we have to get this package of measures right.