tomber

Betekenis (Engels)

to fall
to come down
to bump into, to come across; to be received by (when making a telephone call)
to become, to get

vallen

afvallen

neervallen

verschieten

storten

zakken

dalen

worden

uit iets vallen

vervallen

binnenvallen

invallen

wegglijden

wegschuiven

uitglijden

hagelen

uitvallen

omvallen

duikelen

tuimelen

kieperen

flauw vallen

bezinken

afdalen

landen

neerstrijken

afgaan

zich naar beneden werpen

doorhangen

doorzakken

plooien

scheefzakken

Frequentie

Met koppelteken als

tom‧ber

Uitgesproken als (IPA)

/tɔ̃.be/

Inherited from Middle French tomber, from Old French tumber, itself either of expressive/onomatopoeic origin (compare also Catalan and Portuguese tombar; Spanish tumbar; Romanian tumbă; Italian tombolare etc.), or alternatively possibly from a Frankish *tūmōn (“to rotate, reel, sway”), from Proto-Germanic *tūmōną (“to turn, rotate”), of uncertain origin. More at tumb. Displaced the native choir, inherited from cadō.