result

Betekenis (Engels)

1. To proceed, spring up or rise, as a consequence, from facts, arguments, premises, combination of circumstances, consultation, thought or endeavor.
2. To have as a consequence; to lead to; to bring about
3. To return to the proprietor (or heirs) after a reversion.
4. (obsolete) To leap back; to rebound.

resultaat

uitkomst

voortvloeisel

voortspruiten

het gevolg zijn van

uitlopen op

welslagen

leiden tot

uitdraaien op

voortvloeien uit

tot gevolg hebben

het gevolg zĳn van

daarop volgen

erop volgen

corollarium

belenden

eindresultaat

grenzen aan

reiken tot

uitstijgen

uittreden

ensue

aftermath

yield

be due

final result

resultant role

be produced

originate in

result in

and so

be due to

stem from

travel along

utmost limit

death

💀

development

good result

consequence of one’s action

overall results

line score

sequella

returns on investment

resultado

resumen

arise from

be next to

be responsible

conduce

course of events

go out with

Frequentie

Met koppelteken als

re‧sult

Uitgesproken als (IPA)

/ɹɪˈzʌlt/

Recorded since 1432 as Middle English resulten, from Medieval Latin resultare, in Classical Latin "to spring forward, rebound", the frequentative of the past participle of resilio (“to rebound”), from re- (“back”) + salio (“to jump, leap”).

Markeer dit

Verbeter je uitspraak