actuate

Betekenis (Engels)

1. (transitive) To activate, or to put into motion; to animate.
2. (transitive) To incite to action; to motivate.

Concepten

aandrijven

voortdrijven

drijven

opjagen

douwen

bewegen

stoten

dringen

duwen

verroeren

aanduwen

aanzetten

ontroeren

overbrengen

overplaatsen

verleggen

verplaatsen

aangrijpen

aansporen

aanzetten tot

achtervolgen

activeren

vervolgen

najagen

narennen

omzetten

Synoniemen

move

drive

propel

impel

push

pursue

chase

drive on

shoo

activate

thrust

prompt

touch off

motivate

work

adjourn

bring about

incite

induce

set off

shift

spark

spark off

start

stir

switch on

trigger

trigger off

trip

turn on

stimulate

transpose

inflame

inform

launch

let

make

manage

conjure up

mount

cause

oppress

persecute

press

produce

bring up

bring on

prosecute

provoke

bring forth

Vertalingen

pousser

tocar

déclencher

treiben

foragitar

conduir

mouvoir

arriar

actionner

vor sich hertreiben

empaitar

impellir

acuitar

jagen

anfeuern

Uitgesproken als (IPA)

/ˈæktʃu.eɪt/

Etymologie (Engels)

From Medieval Latin āctuātus, perfect passive participle of āctuō (“actuate, implement”), from Latin āctus, perfect passive participle of agō (“do, act”).