An user Niederländisch
sagt…

Zijn
Pronomen
  stiefbroer
Substantiv
  was
Hilfs
  leuk
Adjektiv
maar
Koordinierende Konjunktion
  zijn
Pronomen
  stiefmoeder
Substantiv
  had
Verb
  hij
Pronomen
  niet
🚫
Adverb
  zo
Adverb
  graag
Adverb
.

Sein Stiefbruder hat Spaß gemacht, aber er mochte seine Stiefmutter nicht.
Wörter und Sätze
Neu
stiefbroer

The son of one's stepparent who is not the son of either of one's biological parents.

Neu
leuk

  1. nice, pleasant, enjoyable
  2. attractive
  3. (obsolete) calm, level-headed
  4. (obsolete) lukewarm

Neu
maar

Neu
stiefmoeder

stepmother

Neu
had

singular past indicative of hebben

Neu
hij

Third-person singular, masculine, subjective: he.

🚫
Neu
niet

Neu
graag

Comments