toen

Anlam

Adv

1. then, subsequently (at a time in the past)
2. back then, at the time, in those days

Conj

when, at the time that (in the past)

(IPA) olarak telaffuz edilir

/tun/

Etimoloji

From Middle Dutch doe, doen (with -n from dan), from Old Dutch thuo, from Proto-Germanic *þō.
Cognate with Luxembourgish dunn and similar forms (do, du, dun) in German dialects.

Cümleler

Toen ik klein was heb ik leren zwemmen in het zwembad .

Küçükken havuzda yüzmeyi öğrendim.

Zij stonden aan het roer toen dit alles gebeurde .

Bütün bunlar gerçekleştiğinde dümenindeydiler.

Ik voelde een schok in mijn elleboog toen ik de hoek van de tafel raakte .

Masadan köşeye çarptığımda dirseğimde bir şok hissettim.

De lichtjes gingen automatisch aan toen het donker werd .

Hava karardığında ışıklar otomatik olarak gitti.

Volgens de legende heeft Isaac Newton de zwaartekracht ontdekt toen hij een appel op zijn hoofd kreeg .

Efsaneye göre, Isaac Newton kafasına bir elma aldığında yerçekimini keşfetti.

Toen ik jong was waren de computerlessen relatief simpel .

Ben gençken bilgisayar dersleri nispeten basitti.

Toen ze 's ochtends wakker werd had ze kramp in haar nek .

Sabah uyandığında boynunda bir kramp vardı.