waarde

Betekenis (Engels)

Noun

1. (feminine) value for a parameter
2. (feminine) value, monetary or figurative worth
3. (feminine) moral value, principle

Contraction

Contraction of waart gij.

Adj

1. (attributive, feminine, form-of, masculine, singular) inflection of waard:
2. (attributive, definite, form-of, neuter, singular) inflection of waard:
3. (attributive, form-of, plural) inflection of waard:

Verb

1. (form-of, indicative, past, singular) inflection of waren:
2. (dated, form-of, formal, past, singular, subjunctive) inflection of waren:

Synoniemen

gehalte

betekenis

booleaans

getal

waard

waardigheid

beste

lieve

Met koppelteken als

waar‧de

Uitgesproken als (IPA)

/ˈʋaːr.də/

Etymologie (Engels)

Overgenomen van Middelnederlands: werde

Overgenomen van Old Dutch: werth

Overgenomen van Middelnederlands: waerdi

In summary

From Middle Dutch werde, from Old Dutch werth, used as a noun but originally an adjective, from Proto-Germanic *werþaz. Compare the adjective waard. Cognates include English worth and German Wert.

Zinnen

Wat is de waarde van dat aandeel ?

What is the value of that share?

Vandaag hebben we hier enkele toespraken gehoord die geen waarde hebben .

Today there have been some speeches that have lacked value.

Het is dus een verordening van onschatbare waarde .

It is therefore extremely important.

Het relativeren van de waarde van menselijk leven kan door niets worden gerechtvaardigd .

Nothing can justify relativizing the value of human life.

Btw is de afkorting voor belasting op toevoegde waarde .

VAT is the abbreviation for value added tax.