prix

Betekenis (Engels)

1. prize
2. price

Concepten

prijs

premie

beloning

waarde

eindverbruikersprijs

fabrieksprijs

koers

honorarium

uitgaven

vermogen

vervoerprijs

waard

gok

weddenschap

aannemingsprijs

eindprijs

prijs

exportprijs

kostenpost

factuurprijs

reiskosten

toewijzingsprijs

kosten

onkosten

Synoniemen

coût

récompense

valeur

tarif

prime

1st

frais

premier prix

dernier prix

médaille

matériau

trophée

🏆

droit

estime

excessif

honneur

honoraires

honorer

levier

matières premières

payement

réclamer

récompenser

statut

substitution

taux

taxe

totale

un

prix agricole

agiotage

cout

frais de scolarité

gageure

mérites

rétribution

transportation

remise de diplôme

l’addition

certificat de mérite

Bounty

indice de prix

coutons

coutèrent

couta

coutâmes

coutées

valut

coutés

coutée

coutez

coutent

frais administratifs

tau|taux

trophé

accolade

valeurdomain:litt

bonté

charge

contrainte

coûter

décoration

dignité

distinction

dommage

don

🎁

dot

Uitgesproken als (IPA)

/pʁi/

Etymologie (Engels)

Inherited from Old French pris, from Latin pretium (“price, reward”), from Proto-Indo-European *preti- (“back”). Compare précieux.

Zinnen

Chaque année elle organise une fête pour la remise des prix .

Elk jaar organiseert ze een feest voor de prijsuitreiking.

Mais les nobles qui partent , vendent à tout prix la terre au paysan .

Maar de edelen die vertrekken, verkopen het land koste wat het kost in de boer.

Sa candidature au Prix Nobel de littérature est présentée .

Zijn kandidatuur voor de Nobelprijs in de literatuur wordt gepresenteerd.