sonner

Betekenis (Engels)

1. to sound
2. to ring

Concepten

klinken

🔉

bellen

💍

luiden

🔉

galmen

kleppen

gaan

overgaan

beieren

🔉

aflopen

schalmen

slaan

aanbellen

schellen

geluid maken

rinkelen

weergalmen

toon voortbrengen

Beieren

tingelen

kletteren

Synoniemen

résonner

tinter

retentir

💍

claironner

se faire entendre

gronder

trompeter

🎺

carillonner

💍

cliqueter

anneau

💍

répéter en écho

assommer

claquer

de

hurler

téléphoner

Uitgesproken als (IPA)

/sɔ.ne/

Etymologie (Engels)

Overgenomen van Oudfrans: soner

Overgenomen van Latijn: sonō

In summary

Inherited from Old French soner, suner, from Latin sonāre.

Zinnen

En plus , on installa un système électrique pour sonner les cloches .

Bovendien werd een elektrisch systeem geïnstalleerd om de klokken te bellen.