practice

Betekenis (Engels)

Concepten

gewoonte

gebruik

praktijk

oefening

usance

aanwenden

oefenen

doorvoeren

toepassen

beoefenen

betrachten

uitoefening

in toepassing brengen

training

uitoefenen

beoefening

aanwending

beoefen

zede

gebruiken

in de praktijk brengen

zich oefenen

toepassing

aanwensel

gewenning

hebbelijkheid

traditie

actie

activiteit

bedrijvigheid

gedoe

handeling

optreden

toedoen

werkdadigheid

werking

aanbrengen

aandoen

aantrekken

aanzetten

benutten

doen

leggen

opbrengen

opleggen

plaatsen

steken

stellen

stoppen

voordoen

zetten

in de praktijk brengen

praktijk

exerceren

kerkgebruik

ritueel

ritus

gedragspatroon

bediening

behandeling

benutting

hantering

inzet

manier

nut

educatie

onderricht

onderwijs

opleiding

opvoeding

scholing

voorbereiding

exercitie

drillen

Frequentie

B1
Uitgesproken als (IPA)
/ˈpɹæktɪs/
Etymologie (Engels)

The noun is from Middle English practice, practique, practyse, from the verb; also compare Medieval Latin prāctica. The verb is from Middle English practice, practise, practize, practyse, from Middle French pratiser, practiser, alteration of practiquer, from Medieval Latin prācticāre, from Late Latin prācticus, from Ancient Greek πρακτικός (praktikós). The spelling practice is attested once in Middle English for both the noun and the verb. The noun began to be assimilated in spelling to nouns in -ice; practise (noun) is now obsolete.

Markeer dit

Verbeter je uitspraak

Engels

Begin met het leren van Engels met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " practice " en vele andere woorden en zinnen in Engels .

Ga naar onze Engels cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes

Questions