echt
Betekenis (Engels)
-
- authentic, genuine, true
- (colloquial) real; factual
- proper
Concepten
Synoniemen
unverfälscht
Original-
de facto
anwendungsbezogen
in der Praxis
über die Maßen
im Ernst
kein Scherz
was das Zeug hält
nach Lage der Dinge
in facto
Im Endergebnis
im Ergebnis
nach Tatsachen
ganz ganz
auf den Gegenstand bezogen
so wie es sein soll
kein Witz
ohne Flachs
kein Scheiß
ich mein's ernst
super…
hyper…
mega…
unter Garantie
autentisch
beileibe
im Recht
rechthabend
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/ɛçt/
Etymologie (Engels)
From Middle High German echt, borrowed from Middle Low German echt (“lawful, genuine”). The original form is Middle Low German ēhaft (“lawful”), from ē (“law”) (related to modern Ehe); then ēhacht by the Low German development -ft- → -cht- (compare Nichte); and eventually contracted into echt. Cognate to Old High German ēhaft (“honourable”) and Dutch echt.
Verbeter je uitspraak
Schrijf dit woord
Begin met het leren van Duits met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " echt " en vele andere woorden en zinnen in Duits .
Ga naar onze Duits cursuspagina
Notes
Sign in to write sticky notes
Questions