vaststellen

Meaning

1. (transitive) to determine, to ascertain
2. (transitive) to set, to establish

Concepts

establish

ascertain

determine

fix

appoint

secure

make fast

fasten

take note

attach

prove

affirm

note

notice

recognize

set

show

stick

affix

demonstrate

tie on

tie up

verify

revalidate

allot

associate

bind

certify

connect

corroborate

define

ensure

join

link

🔗

locate

makefast

moor

ordain

schedule

shew

stick to the pan

tether

tie

Synonyms

constateren

bepalen

bevinden

bevestigen

fixeren

vastmaken

tuigeren

definieren

staven

bewijzen

aantonen

onderbinden

onderbouwen

ontmoeten

opmerken

tegemoet treden

tegenkomen

treffen

vastbinden

vastleggen

verbinden

verkeren

vinden

🔍

voorkomen

zegelen

aanbinden

nazien

verifiëren

zich ophouden

beschikken

zich bevinden

aanbranden

aansluiten

aantreffen

🔍

bekrachtigen

besluiten

binden

definiëren

denken

🤔

meren

omschrijven

Translations

constater

établir

feststellen

konstatieren

festsetzen

accertare

establecer

comprobar

fixieren

fixer

befestigen

determinar

attacher

als Tatsache feststellen

εξακριβώνω

Pronounced as (IPA)

/ˈvɑ(s)ˈstɛ.lə(n)/

Etymology

Compound of vast + stellen.