folk
Betekenis (Engels)
-
- A people; a tribe or nation; the inhabitants of a region, especially the native inhabitants.
- People, persons.
- One’s relatives, especially one’s parents.
- Short for folk music.
Synoniemen
ordinary people
common people
family line
people’s
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/fəʊk/
Etymologie (Engels)
From Middle English folk, from Old English folc, from Proto-West Germanic *folk, from Proto-Germanic *fulką, from Proto-Indo-European *pl̥h₁-gós, from *pleh₁- (“to fill”). Cognate with German Volk, Dutch volk, Swedish folk and Danish folk. Doublet of volk.
Verbeter je uitspraak
Schrijf dit woord
Begin met het leren van Engels met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " folk " en vele andere woorden en zinnen in Engels .
Ga naar onze Engels cursuspagina
Notes
Sign in to write sticky notes
Zinnen
Questions