verga

Betekenis (Engels)

Noun

1. (feminine) cane, rod
2. (feminine) crook (of a shepherd)
3. (feminine, vulgar) penis, dick

Verb

1. (form-of, indicative, present, singular, third-person) inflection of vergare:
2. (form-of, imperative, second-person, singular) inflection of vergare:

Concepten

roede

twijg

roe

fallus

jongeheer

leuter

lid

lul

paal

penis

piemel

pik

plasser

ra

schacht

snikkel

spitsroede

stok

afdammen

kaneelstokje

afsluiten

belemmeren

Synoniemen

pene

membro

cazzo

bacchetta

fallo

membro virile

pennone

ramoscello

stecco

asta

rùschia

barra

bastone

mazza

minchia

Vertalingen

rod

verge

bar

vara

bite

verga

πέος

member

membre

pénis

penis

baguette

queue

zob

verga

Met koppelteken als

vér‧ga

Uitgesproken als (IPA)

/ˈver.ɡa/

Etymologie (Engels)

From Latin virga (“twig, stick”), probably from Proto-Indo-European *wisgeh₂ (“flexible rod or stick”).