best

Oznaczający (Angielski)

Adj

1. (form-of,superlative) superlative degree of goed; best
2. fine, okay
3. dear, venerable (in a polite address)

Adv

quite, rather

Noun

Alternative form of bes (“old woman”)

Wymawiane jako (IPA)

/bɛst/

Etymologia (Angielski)

From Middle Dutch best, from Old Dutch *betst, from Proto-Germanic *batistaz, superlative of *gōdaz. Compare Low German best, English best, West Frisian best, German besten, Danish bedst.

Zdania

We zullen ons best doen om dit te bereiken .

I will try to ensure that you do.

De oude vrouw was best eenzaam .

The old woman was quite lonely.

Ik ben tot de conclusie gekomen dat het allemaal best ingewikkeld is .

I've come to the conclusion that it's all quite complicated.

Utrecht is eigenlijk best een kleine provincie .

Utrecht is actually quite a small province.

Op haar best verenigt religie mensen en drijft hen niet uit elkaar .

At its best, religion unites people and doesn't drive them apart.

Voor dringende medische problemen ga je best naar de spoeddienst.

For urgent medical problems, it is best to go to the emergency service.

Een lekkende kraan kan jaarlijks best wel wat geld kosten .

A leaky tap can cost quite a bit of money every year.

Goed , beter en best zijn voorbeelden van de vergelijkende trappen .

Good, better and best are examples of the comparative stairs.