auto

Oznaczający

car, automobile

Łączone jako

au‧to

Płeć

♂️ Męski

Wymawiane jako (IPA)

/ˈɑu̯toː/

Etymologia

Borrowed from French auto, from automobile. Equivalent to a shortened form of automobiel.

Zdania

Gaan jullie ieder jaar met de auto op reis ?

Do you travel by car every year?

Uiteraard betalen wij voor de schade aan je auto .

Of course, we will pay for the damage to your car.

Ik zal geen traan laten bij het verkopen van mijn auto .

I won't shed a tear when selling my car.

De auto zat vast op de tramsporen.

The car was stuck on the tram tracks.

Autosnelwegen zijn wegen waar je snel kan rijden met je auto .

Motorways are roads where you can drive quickly with your car.