proces

Meaning

1. (neuter) a process, sequential proceeding
2. (neuter) a trial, court case, lawsuit

Concepts

process

lawsuit

trial

litigation

action

suit

task

cause

procedure

case

docketing software

plea

proceedings

prosecution

lawing

Synonyms

verloop

geding

rechtsgeding

ontwikkelingsgang

rechtszaak

gerechtszaak

taak

bekeuring

rechtzaak

bewerken

bewerking

opdracht

procesvoering

proces-verbaal

procedure

opgave

huiswerk

voorval

gebeurtenis

procedé

protocol

Translations

processo

Prozess

proceso

processus

procès

processo

Prozeß

procedimento

Auftrag

δίκη

διεργασία

Aufgabe

procedimento

dava

Pronounced as (IPA)

/proːˈsɛs/

Etymology

Inherited from Middle Dutch: proces

In summary

From Middle Dutch proces, from Old French procés (“journey”), from Latin processus, past participle of procedo.

Sentences

Hij is een getuige in dat proces .

He's a witness in that process.

De manager ondersteunt het proces .

The manager supports the process.

Ik meen daarom dat u zeer nauwkeurig op het proces moet toezien .

I therefore believe that you should monitor the process very closely.

Niet iedereen kan deelnemen aan het democratische proces .

Not everyone is able to take part in the democratic process.

Maar dit moet wel een transparant proces zijn .

But this needs to be a transparent process.

Zonder uitvoering blijft het proces inhoudsloos.

Without implementation, the process remains empty.