economisch

Meaning

1. economic, relating to the economy
2. economic, relating to economics
3. economical, relating to economizing

Hyphenated as

eco‧no‧misch

Pronounced as (IPA)

/ˌeː.koːˈnoː.mis/

Etymology

From economie (“economics, economy”) + -isch (“-ish, -ic(al)”). Ultimately from Ancient Greek.

Sentences

Misschien zijn we wat het economisch bestuur betreft ook te geduldig geweest .

Perhaps we have also been too patient in terms of economic governance.

Er zijn mensen die denken dat het economisch beleid uitsluitend een nationale kwestie is .

There are those who think that economic policy is a purely national matter.

Nu weer de discussie over het economisch stimuleringspakket.

Now, once again, we have the debate about the economic stimulus package.

Integratie op economisch en financieel vlak is nodig , dat is waar .

We certainly need to achieve economic and financial integration.