praten

Betekenis (Engels)

to talk

Concepten

praten

spreken

babbelen

kletsen

keuvelen

klappen

overleggen

verklappen

roddelen

converseren

kwebbelen

lullen

zeggen

heten

klikken

noemen

bazelen

snateren

wauwelen

zwammen

zwetsen

betogen

communiceren

demonstreren

manifesteren

overbrengen

uiten

uitspreken

uitbrengen

Met koppelteken als

pra‧ten

Uitgesproken als (IPA)

/ˈpraːtə(n)/

Etymologie (Engels)

From Middle Dutch praten, further etymology unknown. Cognates are found only in Middle Low German praten. English prate, prattle and the various Scandinavian verbs were borrowed from these two languages.

Zinnen

We moeten ophouden met praten en overgaan op handelen .

We need to stop talking and start acting.

We praten toch zo graag over transparantie en geloofwaardigheid .

We are very much given to talking about transparency and credibility.

Laten wij met hen praten en handelscontacten met hen aanknopen , want dat is nodig .

Let's talk to them and establish trade contacts with them, because that is what is needed.