hadden

Betekenis (Engels)

(form-of,indicative,past,plural) inflection of hebben:
(dated,form-of,formal,past,plural,subjunctive) inflection of hebben:

Frequentie

Uitgesproken als (IPA)

/ˈɦɑ.də(n)/

Nieuw

hebben

(transitive) to have, to possess, own, hold
(transitive) to be afflicted with a disease
(auxiliary) Used to form the perfect tense of the active voice of most verbs, together with a past participle.
(auxiliary) must, to be obliged to, to be to

Markeer dit

Verbeter je uitspraak

Arrow pointing to the button

Nederlands

Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " hadden " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .

Ga naar onze Nederlands cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes

Zinnen

Wij hadden graag op
🆙

meer punten vooruitgang gezien .

We would have liked to have seen progress on more points.

De soldaten hadden zich overgegeven .

The soldiers had surrendered.

De kinderen voerden de opdracht uit die ze op
🆙

school
🏫

hadden gekregen .

The children carried out the assignment they had been given at school.

Op
🆙

de plaats van de moord hadden de onderzoekers een lege huls
🐚

gevonden , maar toch was er niemand neergeschoten .

At the scene of the murder, the investigators had found an empty shell, yet no one had been shot.

Ze hadden voor het eerst gezoend op
🆙

de speelplaats.

They'd kissed on the playground for the first time.

De motten hadden gaten gemaakt in de gordijnen .

The moths had made holes in the curtains.

De inbrekers hadden alle kasten overhoop gehaald .

The burglars had torn up all the cabinets.

Ze hadden geen
🙅

flauw idee
💡

welke richting ze uit moesten aan
🔛

de tweesprong.

They had no idea which direction to take at the crossroads.

Questions