authority

Betekenis (Engels)

  1. Power or right to make or enforce rules or give orders; or a position having such power or right.
  2. Persons, regarded collectively, who occupy official positions of power; police or law enforcement.
  3. A reliable, definitive source of information on a subject.
  4. Status as a trustworthy source of information, reputation for mastery or expertise; or claim to such status or reputation.
  5. Official permission; authorisation to act in some capacity on behalf of a ruling entity.
  6. A government-owned agency that runs a revenue-generating activity for public benefit.

Concepten

autoriteit

gezag

macht

beslissingsbevoegdheid

zeggenschap

gezaghebber

deskundige

bevoegdheid

expert

machtiging

autoriteiten

aanzien

gouvernement

instantie

zegsman

commissieloon

mandaat

kracht

bestel, bestuur

bewind

regering

staatsvorm

openbare instelling

aanvoerder

aanvoerster

baas

chef

chief

gebieder

heer

hoofd

kopstuk

leider

kenner

Frequentie

B2
Met koppelteken als
au‧thor‧i‧ty
Uitgesproken als (IPA)
/ɔːˈθɒɹəti/
Etymologie (Engels)

From Middle English auctorite, autorite (“authority, book or quotation that settles an argument”), from Old French auctorité, from Latin stem of auctōritās (“invention, advice, opinion, influence, command”), from auctor (“master, leader, author”). For the presence of the h, compare the etymology of author.

Markeer dit

Verbeter je uitspraak

Engels

Begin met het leren van Engels met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " authority " en vele andere woorden en zinnen in Engels .

Ga naar onze Engels cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes
Zinnen
This   authority   does   not
🚫
  extend   to   professionals   who   receive   licensure   through   non-governmental   agencies .

Deze autoriteit strekt zich niet uit tot professionals die een licentie ontvangen via niet-gouvernementele agentschappen.

Questions