Teil

Betekenis (Engels)

1. (masculine, strong) part, piece (of a whole, often in relation to living things or an abstract concept)
2. (masculine, strong) fraction of a whole

Concepten

deel

stuk

onderdeel

gedeelte

part

bestanddeel

Part

aandeel

lul

component

portie

moot

partikel

plak

punt

rantsoen

schijf

segment

snede

onbenulligheid

snijding

plantendeel

deeltje

detail

ding

fractie

helft

ingrediënt

item

jaartelling

kledingstuk

kleinigheid

Tegenovergesteld aan

Ganzes, Ganzheit, Gesamtheit

Synoniemen

Stück

1️⃣

Anteil

Glied

Abschnitt

Bestandteil

Tropfen

Span

Brösel

Korn

Zeitrechnung

Zeitalter

Partie

Ära

Ausschnitt

Komponente

Element

Modul

Stelle

Punkt

Gegenstand

Stückchen

Einzelheit

Ding

Detail

Segment

Sache

Bruchstück

Fragment

Teilung

Passage

Ort

Bereich

Division

Bauteil

Abteilung

Dingsbums

Baustein

Dings

Teilbereich

Etwas

Dingens

Kleinigkeit

Platz

Hälfte

Splitter

Partei

Gegend

Objekt

Fetzen

Teilen

Vertalingen

part

partie

parte

parte

piece

parte

part

portion

section

portion

component

bölüm

جزء

morceau

Dialecten

Zürich

teil

Fribourg

tǜù

Appenzell Ausserrhoden

teil

Basel-Landschaft

teil

Basel-Landschaft

dail

Gegevens verstrekt door: Deutsch-Schweizerdeutsches Wörterbuch

Uitgesproken als (IPA)

/taɪ̯l/

Etymologie (Engels)

Overgenomen van Middelhoogduits: teil

Overgenomen van Oudhoogduits: teil

Verwant aan Old Saxon: dēl

Verwant aan Engels: deal

Verwant aan Nederlands: deel

Verwant aan Zweeds: del

Verwant aan Noors - Bokmål: del

Verwant aan Noors - Nynorsk: del

Verwant aan Deens: del

In summary

From Middle High German teil, from Old High German teil, from Proto-West Germanic *daili, akin to Old Saxon dēl, cognate with English deal, Dutch deel, Low German Deil, Swedish del, Norwegian Bokmål del, Norwegian Nynorsk del, Danish del. Doublet of Deal.

Zinnen

Der mächtige Turm ist wahrscheinlich der älteste Teil der Kirche .

De machtige toren is waarschijnlijk het oudste deel van de kerk.

Er ist ein Teil der Walddörfer.

Hij maakt deel uit van de bosdorpen.

Ein Teil der militärischen Produktion wurde während des Krieges exportiert .

Een deel van de militaire productie werd tijdens de oorlog geëxporteerd.

Es befindet sich im zentralen Teil des Gebäudes oberhalb der Lobby .

Het bevindt zich in het centrale deel van het gebouw boven de lobby.

Die Stadt liegt im Norden des Bundesstaates und ist Teil der Region Bundelkhand.

De stad ligt in het noorden van de staat en maakt deel uit van de regio Bundelkhand.

Teil der Ausstellung ist ein mittelalterliches Katapult .

Een deel van de tentoonstelling is een middeleeuwse katapult.