zegt…
Dort Bijwoord belegte Werkwoord die Bepaler Mannschaft Zelfstandig naamwoord in Adpositie der Bepaler neuen Bijvoeglijk naamwoord Saison Zelfstandig naamwoord den Bepaler vierten Bijvoeglijk naamwoord Platz Zelfstandig naamwoord .
Bijwoord
Werkwoord
Bepaler
Zelfstandig naamwoord
Adpositie
Bepaler
Bijvoeglijk naamwoord
Zelfstandig naamwoord
Bepaler
Bijvoeglijk naamwoord
Zelfstandig naamwoord
Daar behaalde het team de vierde plaats in het nieuwe seizoen. Daar behaalde het team de vierde plaats in het nieuwe seizoen .
Collecties
🔢
Nieuw
Numbers
Woorden en zinnen
Nieuw
dort
there, yonder
Nieuw
belegte
- inflection of belegt:
- inflection of belegt:
- inflection of belegt:
- inflection of belegt:
Nieuw
die
-
- nominative/accusative singular feminine of der
- nominative/accusative plural of der
Nieuw
Mannschaft
-
- crew members of a ship
- team (group of people)
- group of soldiers belonging to one military unit
Nieuw
der
-
the
Nieuw
Saison
season (a part of a year when something particular happens)
Nieuw
den
-
- inflection of der (“the”):
- inflection of der (“the”):
Nieuw
Platz
-
- square, plaza, piazza
- circus
- space, room
- place, seat, spot, position (precise location someone or something occupies)
- (colloquial) place, location, site (in general)
- spot, place (position in a hierarchy or sequence)
- court, field, pitch, course
- village; town; municipality
- place (rank in a competition)