inhoud

Betekenis (Engels)

Noun

1. (masculine) content; contents
2. (masculine) index; table of contents
3. (masculine) volume

Verb

first-person singular dependent-clause present indicative of inhouden

Concepten

inhoud

volume

index

capaciteit

inhoudsopgave

inhoudstafel

bericht

mededeling

onderwerp

omvang

gehalte

register

boodschappen

boodschap

iets actueels

stof

subject

thema

topic

Met koppelteken als

in‧houd

Uitgesproken als (IPA)

/ˈɪn.ɦɑu̯t/

Etymologie (Engels)

From Middle Dutch inhout. Equivalent to a deverbal from inhouden. Cf. German Inhalt, West Frisian ynhâld.

Zinnen

Wij hebben bezwaren tegen deze overeenkomsten , zowel op procedurele gronden als vanwege de inhoud .

We have objections to these agreements on grounds of both procedure and content.