handhaven
Betekenis
- (transitive) to enforce, to maintain, to uphold
- (transitive) to persevere with, to persist with/in
- (reflexive) to remain in charge, to remain in place
Frequentie
Met koppelteken als
hand‧ha‧ven
Uitgesproken als (IPA)
/ˈɦɑntˌɦaː.və(n)/
Etymologie
From Middle Dutch hanthaven, from Middle High German hanthaben, itself a calque from Old French maintenir, from Vulgar Latin manūteneō. Likely based also on Middle Dutch handhave (“handle”). Cognate with German handhaben.
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " handhaven " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .
Ga naar onze Nederlands cursuspagina