troll

🧌
Betekenis (Engels)

Frequentie

C2
Uitgesproken als (IPA)
/tɹɒl/
Etymologie (Engels)

Partly: * from Middle English trol (“demon (?); sorcerer (?)”) [and other forms], from Old Norse trǫll (“conjurer, mage; witch”), from Proto-Germanic *truzlą (“supernatural being; demon, fiend; giant; monster”), probably from *trudaną (“to step on; to tread”) + *-ilą (suffix forming agent nouns); and * borrowed from Norwegian Bokmål troll, Swedish troll, or Danish trold, from Old Norse trǫll (see above). Doublet of droll and trow. cognates * Danish fortrylle (“to bewitch”), trylle (“to conjure”) * Icelandic tröll * Middle High German trol, trolle (“spook, wraith; ogre, monster”) * Norwegian fortrylle (“to bewitch”), trylle (“to conjure”) * Swedish trolla (“to conjure”)

Markeer dit

Verbeter je uitspraak

Engels

Begin met het leren van Engels met learnfeliz .

Oefen het spreken en onthouden van " troll " en vele andere woorden en zinnen in Engels .

Ga naar onze Engels cursuspagina

Notes

Sign in to write sticky notes

Questions