prägen

Betekenis (Engels)

1. to mint
2. to shape
3. to characterize

Concepten

stempelen

munten

drukken

afdrukken

boekdrukken

printen

smeden

aanmunten

munt slaan

verzinnen

opperen

slaan

tekenen

teweegbrengen

uitoefenen

veroorzaken

kenschetsen

aanmaken

prenten

bedenken

creëren

een

invloed

karakteriseren

kenmerken

maken

ontwerpen

op

🆙

scheppen

stempel

Synoniemen

drucken

stempeln

ausprägen

münzen

🪙

bilden

gestalten

ausbilden

stanzen

formen

schlagen

entwickeln

errichten

erstellen

erzeugen

gießen

herstellen

hervorbringen

implementieren

kennzeichnen

kreieren

machen

realisieren

schaffen

umsetzen

veroeffentlichen

zeichnen

bauen

Eingang finden

Form geben

seinen Stempel aufdrücken

maßgeblich mitgestalten

auszeichnen

bedrucken

beeinflussen

beschreiben

charakterisieren

einbauen

einführen

einsetzen

einspeisen

Uitgesproken als (IPA)

[ˈpʁɛːɡŋ̩]

Etymologie (Engels)

From Middle High German bræchen/præchen (“to press in, to depict”), from Old High German giprāhhan/prāhhan (“to press in or scratch by breaking the surface”), from the 1st and 3rd person plural preterite forms of prēchan/prāchun (“to break”); likely related to brechen.

Zinnen

Nur niedere Hügel prägen die Landschaft .

Alleen lagere heuvels vormen het landschap.