sterben

Betekenis (Engels)

1. (class-3,intransitive,strong) to die
2. (class-3,intransitive,strong,transitive) to die

Concepten

sterven

doodgaan

overlijden

verscheiden

heengaan

ad patres gaan

de doodssnik geven

de eeuwigheid in gaan

de geest geven

de grote reis aanvaarden

de laatste adem uitblazen

de poeper dichtknijpen

de wereld verlaten

dood gaan

expireren

het hoekje om gaan

het leven laten

inslapen

versmachten

aftrekken

vergaan

overlijden

dood

barsten

bersten

scheuren

springen

gaan

lopen

buitengaan

buitenkomen

bezwijken

creperen

de pijp aan Maarten geven

het loodje leggen

verjaren

choken

worgen

wurgen

Met koppelteken als

ster‧ben

Uitgesproken als (IPA)

/ˈʃtɛrbən/

Etymologie (Engels)

From Middle High German sterben, from Old High German sterban, from Proto-Germanic *sterbaną, itself either from Proto-Indo-European *(s)terp- (“to lose force; lose sensibility, become numb; be dead, be motionless”) or from Proto-Indo-European *sterbʰ- (“to be stiff, become stiff”). Cognate with Low German starven, staarven, Dutch sterven, West Frisian stjerre, English starve.