somma

Betekenis (Engels)

Noun

1. (feminine) sum, amount
2. (feminine) addition, sum
3. (feminine) gist, essence, sum, conclusion
4. (feminine) summit, pinnacle, top, peak (the highest point)
5. (feminine) a learned exposition, typically theological or philosophical

Adj

feminine singular of sommo (“highest, greatest”)

Verb

1. (form-of, indicative, present, singular, third-person) inflection of sommare:
2. (form-of, imperative, second-person, singular) inflection of sommare:

Concepten

som

aantal

hoeveelheid

totaal

bedrag

somma

spits

top

🔝

piek

rekensom

afmeting

totaalbedrag

aggregaat

sterkte

summa

bergtop

geldsom

grootte

totaalcijfer

maat

Synoniemen

importo

ammontare

totale

cima

🔝

picco

pinnacolo

numero

🔢

cifra

dose

somma di denaro

addizione

sooma

colmo

culmine

entita

misura

quantità

valore

montante

quantita totale

Vertalingen

sum

somme

suma

Summe

soma

amount

suma

quantitat

total

Betrag

addition

άθροισμα

número

🔢

montant

Met koppelteken als

sóm‧ma

Uitgesproken als (IPA)

/ˈsom.ma/

Etymologie (Engels)

From Latin summa.