prick

Betekenis (Engels)

Frequentie

B2
Uitgesproken als (IPA)
/pɹɪk/
Etymologie (Engels)

In summary

From Middle English prik, prikke, from Old English prica, pricu (“a sharp point, minute mark, spot, dot, small portion, prick”), from Proto-West Germanic *prikō, *priku, from Proto-Germanic *prikô, *prikō (“a prick, point”), of uncertain origin, perhaps from Proto-Indo-European *breyǵ- (“to scrape, scratch, rub, prickle, chap”). Cognate with West Frisian prik (“small hole”), West Frisian prikke (“penis”), Dutch prik (“point, small stick", also "penis”), Danish prik (“dot”), Icelandic prik (“dot, small stick”).

Voeg dit toe aan je bladwijzers

Verbeter je uitspraak

Engels

Begin met het leren Engels met learnfeliz .

Oefen met het spreken en memoriseren van " prick " en vele andere woorden en zinnen in Engels .

Ga naar onze Engels

Notes

Sign in to write sticky notes