zegt…
Il 👨 Voornaamwoord y Voornaamwoord avait Werkwoord même Bijwoord une Bepaler recette Zelfstandig naamwoord où Voornaamwoord cela Voornaamwoord se Voornaamwoord faisait Werkwoord dans la sauce .
👨
Voornaamwoord
Voornaamwoord
Werkwoord
Bijwoord
Bepaler
Zelfstandig naamwoord
Voornaamwoord
Voornaamwoord
Voornaamwoord
Werkwoord
Er was zelfs een recept waar het in de saus werd gemaakt. Er was zelfs een recept waar het in de saus werd gemaakt.
Collecties
🍳
In the kitchen
Woorden en zinnen
👨
il
- he (third-person singular masculine subject pronoun for human subject)
- it (third-person singular subject pronoun for grammatically masculine objects)
- Impersonal subject; it
avait
third-person singular imperfect indicative of avoir
même
-
even
où
- where (interrogative)
- where (relative pronoun)
- at that time; when
- whither, to where
cela
-
that
se
- The third-person reflexive and reciprocal direct and indirect object pronoun.
- The third-person reflexive and reciprocal direct and indirect object pronoun.
- The third-person reflexive and reciprocal direct and indirect object pronoun.
- The third-person reflexive and reciprocal direct and indirect object pronoun.
- The third-person reflexive and reciprocal direct and indirect object pronoun.
- The third-person reflexive and reciprocal direct and indirect object pronoun.
- The second-person plural reflexive and reciprocal direct and indirect object pronoun.
faisait
third-person singular imperfect indicative of faire
dans la sauce
in the soup, in a fix, in a pickle, in trouble