gebied

Significado

Noun

1. (neuter) area, region
2. (neuter) domain, subject area
3. (neuter,obsolete) order, commandment

Verb

1. (first-person,form-of,indicative,present,singular) inflection of gebieden:
2. (form-of,indicative,present,second-person,singular) inflection of gebieden:
3. (form-of,imperative) inflection of gebieden:

Con guión como

ge‧bied

Pronunciado como (IPA)

/ɣəˈbit/

Etimología

From Middle Dutch gebiet. Cognate with and semantically influenced by German Gebiet.

Oraciones

Ze wonen allemaal in dat gebied .

Todos viven en esa área.

Op dit gebied gaan de zaken dus de goede kant op .

Entonces las cosas se dirigen en la dirección correcta en esta área.

Maar dank u hartelijk , commissaris , voor alles wat u op dit gebied hebt gedaan .

Pero gracias, feliz, comisionado, por todo lo que ha hecho en esta área.

Op dat gebied is het probleem niet verbeterd .

El problema no se ha mejorado en esa área.

Daarom is er weinig expertise op dit gebied .

Es por eso que hay poca experiencia en esta área.

Er moet op dit gebied verdere actie worden ondernomen .

Se deben tomar más medidas en esta área.

We moeten op dit gebied onverwijld maatregelen nemen .

Debemos tomar medidas en esta área de inmediato.

Op het gebied van de rechten van familieleden zijn er zeer belangwekkende ontwikkelingen .

Hay desarrollos muy interesantes en el campo de los miembros de la familia.