laken

Betekenis (Engels)

Noun

1. (neuter,uncountable) woollen broadcloth (fulled and woven fabric made of wool), very sought-after for clothing in the feudal era
2. (countable,neuter) bedsheet

Verb

to criticize, reproach, denounce

Sinonieme

afkeuren

beddelaken

berispen

doek

gispen

kleed

misprijzen

stof

cheviot

Koppelteken as

la‧ken

Uitgespreek as (IPA)

/ˈlaːkə(n)/

Etimologie (Engels)

From Middle Dutch lāken, from Old Dutch *lakan, from Proto-Germanic *lakaną (“linen, cloth”).

Sinne

Hij liep het warenhuis binnen en kocht een nieuw laken .

He walked into the department store and bought a new sheet.