instellen

Betekenis (Engels)

to set (up), to configure

Sinonieme

tot stand brengen

aaneenschakelen

aaneenvoegen

aanpassen

aanvangen

aanvatten

afstellen

beginnen

bijdoen

bijeenbinden

bijeenbrengen

bijeenvoegen

bijmengen

bijvoegen

een aanvang nemen

ineenzetten

inzetten

passend maken

regelen

samenbinden

samenbrengen

samenstellen

starten

toegeven

toevoegen

verbinden

verenigen

verstellen

voorbereiden

entameren

aanbinden

van start gaan

Koppelteken as

in‧stel‧len

Uitgespreek as (IPA)

/ˈɪnˌstɛ.lə(n)/

Etimologie (Engels)

From in + stellen.

Sinne

Laten wij een internationale dag van de slachtoffers van het terrorisme instellen .

11 September could be an appropriate date for such an international day of remembrance.

Gelukkig kan je de moeilijkheid van het spel instellen .

Fortunately, you can set the difficulty of the game.