slecht

Значение

Adj

1. bad
2. (dialectal,obsolete) ordinary, simple, common, mean

Verb

1. (first-person,form-of,indicative,present,second-person,singular,third-person) inflection of slechten:
2. (form-of,imperative) inflection of slechten:

Произносится как (IPA)

/slɛxt/

Этимология

From an earlier meaning of “simple, ordinary, inferior, plain”, from Middle Dutch slecht (“smooth, flat”), from Old Dutch *sleht, from Proto-Germanic *slihtaz.

Предложения

Het is blijkbaar nog niet zo slecht .

Видимо, это еще не так плохо.

Dit zijn gebieden waar het slecht mee gaat .

Это области, которые делают плохо.

De toestand van Syrië is zeer slecht .

Состояние Сирии очень плохое.

Het laatste jaar is slecht geweest en wij zullen de streefcijfers dus nooit halen .

Последний год был плохим, и мы никогда не получим целевые цифры.

De microfoon genereerde een slecht geluid .

Микрофон создал плохой звук.

Lidstaten zijn niet uitsluitend goed of slecht .

Государства -члены не являются исключительно хорошими или плохими.