cura

Betekenis (Engels)

Noun

1. (feminine) cure (a method, device or medication that restores good health)
2. (feminine) healing (the process of restoring good health)

Verb

1. (form-of,indicative,present,singular,third-person) inflection of curar:
2. (form-of,imperative,second-person,singular) inflection of curar:

Met koppelteken als

cu‧ra

Uitgesproken als (IPA)

/ˈku.ɾɐ/

Etymologie (Engels)

From Latin cūra, from Proto-Indo-European *kʷeys- (“to heed”).

Zinnen

Tempo , tudo cura .

Tijd, alles geneest.

A água do mar cura todos os males .

Zeewater geneest alle kwalen.