plant
Betekenis (Engels)
-
- (feminine) plant, any member of the kingdom Plantae
- (feminine) cabbage, vegetable (person with severe brain damage)
Concepten
plant
gewas
vrucht
voetzool
zool
struik
boszuurzak
rivierkreeft
bloem
bamboe
bamboefluitje
masusa
oorgeneesmiddel
knolgewas
anijsblad
vlechtriet
zuring
kruid
meerjarig
groene groente
groente
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/pl蓱nt/
Etymologie (Engels)
From Middle Dutch plante, from Latin planta. Doublet of clan.
馃尡
Nieuw
planten
-
- to plant, place a seed or plant in suitably fertile substrate in order that it may live and grow
- (figuratively) to plant an inanimated object in the soil or a hard surface, e.g. a banner
- (figuratively) to plant an idea etc.
Nieuw
plannen
-
to plan
'%3e%3c/path%3e%3c/g%3e%3cdefs%3e%3cmarker%20markerWidth='4.5'%20markerHeight='4.5'%20refX='2.25'%20refY='2.25'%20viewBox='0%200%204.5%204.5'%20orient='auto'%20id='SvgjsMarker4023'%3e%3cpolygon%20points='0,4.5%201.5,2.25%200,0%204.5,2.25'%20fill='white'%3e%3c/polygon%3e%3c/marker%3e%3c/defs%3e%3c/svg%3e)
Begin met het leren van Nederlands met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " plant " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .
Ga naar onze Nederlands cursuspagina
