Mannelijk
gade
Betekenis (Engels)
spouse (husband or wife)
Synoniemen
Vertalingen
Frequentie
Uitgesproken als (IPA)
/ˈɣaːdə/
Etymologie (Engels)
In summary
From Middle Dutch gade, from gegade, from Old Dutch *gigado. Substantivised form of the past participle of gaden, which is now obsolete. Related to eega, gading, gader, tegader, gaderen, vergaderen, gegadigde, allegaartje, weerga and possibly also goed. Cognate with German Gatte.
Notes
Sign in to write sticky notes
Begin met het leren Nederlands met learnfeliz .
Oefen met het spreken en memoriseren van " gade " en vele andere woorden en zinnen in Nederlands .