viser

Betekenis (Engels)

  1. to aim, to target
  2. (colloquial) to watch, to stare

Concepten

mikken
beogen
bedoelen

mikken op

rooien
richten

ten doel hebben

richten op
viseren

streven naar

Synoniemen

cibler
21k

avoir pour but

citer
C1

avoir pour objectif

toucher
B1

viser à

regarder
A1
référer
26k
mentionner
C1
conduire
B1
dénommer
devenir
A2
être
A1
évaluer
C1
évoluer
C2
médire
mesurer
C1
mettre en garde
nom
A1
nommer
C1
obtenir
B1
peser
C2
piger
C2
poursuivre
B2
préciser
C2
proposer
B2
rapporter
B2
relever
C1
rendre
A1
tendre
B2
traire
24k
🥛
aboutir
20k
convoiter
47k
affecter
C2
aller
A1
appartenir
C2
appeler
A1
avoir
A1
but
A2
cible
B1
concerner
37k
Vertalingen

aim
zielen
apuntar
aim at
mirare
mirar
👀
apontar
target
anvisieren
apuntar
puntare
nişan almak
cite
sight
Frequentie

C1
Uitgesproken als (IPA)
/vi.ze/
Etymologie (Engels)

Overgenomen van Middelfrans
viser
Overgenomen van Oudfrans
viser
Overgenomen van Latijn
vīsō
In summary

Inherited from Middle French viser, from Old French viser, from Late Latin vīsāre, from Latin vīsere, intensive of videō. Compare voir.

Verbeter je uitspraak

Notes

Sign in to write sticky notes
FransFransFransFransFransFransFransFrans

Begin met het leren Frans met learnfeliz .

Oefen met het spreken en memoriseren van " viser " en vele andere woorden en zinnen in Frans .

Arrow pointing to the button
Begin met het leren Frans
Frans
learnfeliz
learnfeliz
/