traiter
Betekenis (Engels)
- to treat (someone) (a particular way)
- to render treatment (usually medical)
- to process, spray, coat
- to process
- to call, to label (someone)
- to deal with, to handle, to be concerned with
Concepten
gezond maken
zich bezighouden met
hulp verlenen
Synoniemen
se chauffer
s’occuper de
atteindre son but
avoir du succès
être frappé
être situé
prendre soin de
s’appliquer à
se charger de
être équivalent à
être appliquable
être assigné
s’intoxiquer
s’entretenir sur
faire la traite
Frequentie
Met koppelteken als
trai‧ter
Uitgesproken als (IPA)
/tʁɛ.te/
Etymologie (Engels)
In summary
Inherited from Middle French traicter, from Old French tretier, traitier, traiter, from Latin tractāre (“to pull, manage”), from the past participle stem of trahō (“to draw, pull”) (cf. tractus, whence French trait). See also tracter.
Voeg dit toe aan je bladwijzers
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren Frans met learnfeliz .
Oefen met het spreken en memoriseren van " traiter " en vele andere woorden en zinnen in Frans .
Ga naar onze Frans
Notes