esmalte

Betekenis (Engels)

Noun

1. (masculine) enamel
2. (masculine) glaze (coating on pottery)
3. (masculine) nail polish, nail varnish
4. (masculine) tincture

Verb

1. (first-person,form-of,present,singular,subjunctive,third-person) inflection of esmaltar:
2. (form-of,imperative,singular,third-person) inflection of esmaltar:

Concepten

glazuur

kleur

nagellak

email

lak

tandglazuur

Met koppelteken als

es‧mal‧te

Uitgesproken als (IPA)

/esˈmalte/

Etymologie (Engels)

From Old Spanish esmalte, likely from Old Occitan esmalt, from Early Medieval Latin smaltum.

Zinnen

En el anverso figura sobre esmalte blanco el escudo nacional de Cuba .

Op de voorzijde verschijnt op wit glazuur het nationale schild van Cuba.