smaller
Betekenis
-
comparative form of small: more small
Frequentie
Met koppelteken als
small‧er
Uitgesproken als (IPA)
/ˈsmɔːlə/
Nieuw
small
-
- Not large or big; insignificant; few in number.
- Not large or big; insignificant; few in number.
- Not large or big; insignificant; few in number.
- Young, as a child.
- Minuscule or lowercase, referring to written or printed letters.
- Evincing little worth or ability; not large-minded; paltry; mean.
- Not prolonged in duration; not extended in time; short.
- Synonym of little (“of an industry or institution(s) therein: operating on a small scale, unlike larger counterparts”)
- Slender, gracefully slim.
- That is small (the manufactured size).
Verbeter je uitspraak
Begin met het leren van Engels met learnfeliz .
Oefen het spreken en onthouden van " smaller " en vele andere woorden en zinnen in Engels .
Ga naar onze Engels cursuspagina