Kunde

Betekenis (Engels)

1. (masculine,weak) customer, patron, client
2. (colloquial,masculine,weak) bloke, guy

Concepten

klant

cliënt

afnemer

koper

opdrachtgever

kond

patiënt

account

client

inkoper

aanvrager

besteller

bevorderaar

bouwheer

aankoper

Synoniemen

Klient

Käufer

Abnehmer

Gast

Auftraggeber

Kundin

Nachricht

📰

Besteller

Kundschaft

Mitteilung

Patient

Mandant

Botschaft

Bericht

Besucher

Herrschaften

mein Herr

Meldungen

Nachrichten

📰

Neuigkeiten

meine Dame

Gerücht

Geschäftsfreund

Geschäftspartner

Händler

Hausbesitzer

hausgemacht

Hausherr

häuslich

Kundenstamm

in

Einkäufer

Kenntnis

Disziplin

Klientel

Konsument

Konto

Korrespondent

Client

Brief

Besuch

Mäzen

Kundenkreis

Meldung

Abnehmerkreis

Berichterstattung

Bekanntmachung

Bauauftraggeber

Neuigkeit

📰

Wissenschaftsdisziplin

Passagier

Adressat

Post

Schirmherr

sparsam

Stammgast

Wissenschaftszweig

Wissenszweig

Zeitung

📰

Zielgruppe

Informationsaustausch

Auftraggeberin

Bezieher

Käuferin

Klientin

Schreiben

Fachdisziplin

Report

Handelspartner

Auftragsgeber

Schirmherrin

Fach

Fachbereich

Fachgebiet

Fahrgast

Fremder

Endverbraucher

Met koppelteken als

Kun‧de

Uitgesproken als (IPA)

/ˈkʊndə/

Etymologie (Engels)

From Middle High German kunde, from Old High German cundo, from Proto-West Germanic *kunþō. Cognate with Old English cūþa and Middle Dutch konde (“acquaintance, friend”).

Zinnen

Der Kunde ist König , und das sollte er sich hin und wieder bewusst machen .

De klant is koning, en hij zou zich daar zo nu en dan van bewust moeten zijn.

Ein Kunde hat die Blu-Ray in die falsche Hülle gelegt .

Een klant heeft de Blu-ray in het verkeerde geval geplaatst.