zegt…
" Widocznie Bijwoord było Werkwoord tu Bijwoord dwóch Cijfer ludzi Zelfstandig naamwoord , jeden 1 Bijvoeglijk naamwoord z Adpositie lampą Zelfstandig naamwoord , drugi Bijvoeglijk naamwoord ze Adpositie świecą Zelfstandig naamwoord ."
Bijwoord
Werkwoord
Bijwoord
Cijfer
Zelfstandig naamwoord
1
Bijvoeglijk naamwoord
Adpositie
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Adpositie
Zelfstandig naamwoord
"Blijkbaar waren er twee mensen hier, één met een lamp, de andere met een kaars." " Blijkbaar waren er twee mensen hier, één met een lamp , de andere met een kaars ."
Woorden en zinnen
widocznie
-
evidently, visibly
było
it was (third-person singular neuter past of być)
tu
-
- here (at this place)
- here; hither (to this place)
- here; now (at this time)
dwóch
- inflection of dwa:
- inflection of dwa:
ludzi
genitive/accusative plural of ludzie
1
jeden
-
one
lampą
instrumental singular of lampa
drugi
-
- second (following after the first one)
- second (next to the first in value, power, excellence, dignity, or rank)
- the other (second of two)
- the other (opposite)
- second (being of the same kind as one that has preceded; another)
- second (able to replace something else)
- some, certain, a; others (undetermined)
- additional, another
- next, following